Er leven verschillende liedculturen binnen de Protestantse Kerk. Uit recent onderzoek blijkt dat in de meeste gemeenten uit het Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk (2013) wordt gezongen. Maar ook Opwekking, Sela, de Evangelische liedbundel en de Taizébundel zijn populair. Ook binnen de gemeente leven vaak verschillende wensen. De een zingt het liefst uit het Liedboek, de ander zingt liever een Opwekkings- of Taizélied. Hoe ga je daar als gemeente mee om?
“Muziek draagt de gemeente”
“Uit het onderzoek naar liedculturen binnen de kerk bleek onder meer dat het Liedboek dat in 2013 is ingevoerd een enorme ingang heeft. Het is dan ook een veelkleurige bundel waaraan verschillende kerkgenootschappen hebben meegewerkt: een spiegel van de zangpraktijk sinds 1973 naast nieuw materiaal. Verrast was ik door het feit dat orgelbegeleiding in álle stromingen binnen de Protestantse Kerk hoog wordt gewaardeerd.
Het onderzoek liet verder zien dat er gemeenten zijn waar de praktijk van het zingen sinds dit Liedboek niet erg veranderd is. Daarnaast zijn er twee tendensen waar te nemen. Enerzijds een beweging richting de evangelische liedcultuur, populaire muziek, vaak begeleid door een band. Anderzijds een beweging richting de oecumenische liturgie met meer gezongen onderdelen zoals het gloria, het kyrie, het onze vader, het tafelgebed en de zegen. Als in gemeenten beide tendensen aanwezig zijn, kan dat met elkaar botsen.
De gemeente waar de liedcultuur geen punt van discussie is heeft vaak een duidelijk muziekprofiel. Die vind je het meest in steden. In een dorpskerk zitten de verschillende culturen bij elkaar. Een muziekprofiel opstellen, een muzikaal beleidsplan eigenlijk, kan dan helpend zijn, in nauwe samenwerking met musicus en voorganger. Breng de situatie hoe die nu is in kaart, en bedenk hoe deze er over vijf jaar uit zou kunnen zien. Dat is belangrijk, muziek draagt de gemeente.
Luister daarbij goed naar elkaar. Waarom is een lied voor iemand zo belangrijk? Welke ervaring, welke emotie zit daarachter? Dat is bepalend voor de sfeer. Of ga met elkaar zingen, dan ontstaat vaak verbinding. Evalueer, kijk vooruit, stel een muziekprofiel op en houd er een gemeenteavond over. Het vraagt wel enige kennis van de functie van muziek in de liturgie en welke vormen toepasbaar zijn. Voor voorgangers is er in mei bij de PThU een tweedaagse nascholingscursus ‘veelkleurig zingen’. Het boekje Tot Gods eer van Marcel Barnard kan ook helpend zijn voor kennis van de verschillende achtergronden van liturgie.”
Hanna Rijken, als theoloog en musicus betrokken bij het Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk (2013) en bij het onderzoek naar de ontwikkelingen op kerkmuzikaal gebied na het verschijnen van dit Liedboek
“We hebben een extra liedbundel ingevoerd”
“Afgelopen jaar hebben we, na een onderzoekje onder de gemeenteleden, besloten de bundel Op Toonhoogte in te voeren, naast het liedboek uit 1973 dat gebruikt wordt. Dat onderzoekje kwam voort uit het beleidsplan. De gemeente is vrij divers, en de jonge generatie heeft weinig met het klassieke kerklied. Daar moesten we wat mee. We hebben in alle wijken groothuisbezoeken over ‘liederen in de kerk’ georganiseerd. En iedereen mocht zijn of haar favoriete lied noemen. Daar kwamen 48 verschillende liederen uit. We hebben geturfd uit welke bundels deze komen. 15 liederen staan in het liedboek van 1973, bijna de helft in het nieuwe liedboek, Zingen en bidden in huis en kerk. De bundel Weerklank scoorde tegen de 60%, de bundel Op Toonhoogte 77%. Ook de jongeren hebben hun favoriete lied opgegeven. Daar kwamen nog 19 unieke liederen uit. Geen enkele daarvan staat in het liedboek van 1973, een duidelijk teken dat deze bundel niet aansluit bij onze jeugd. Zo’n 20% daarvan staat in Weerklank, en 80% in Op Toonhoogte. De liturgiecommissie heeft vervolgens een rapport geschreven dat in de kerkenraad is besproken. Met als voorstel de bundel Op Toonhoogte in te voeren naast het liedboek uit 1973. Dat is aangenomen, ook op de gemeenteavond die vanwege corona pas afgelopen zomer plaats kon vinden.
Ik vind het een vooruitgang zo. Binnen de gemeente zijn de meningen nog wel verdeeld. Sommigen zeggen dat het voor hen niet had gehoeven, anderen dat ze dit met het oog op de jeugd een goede beslissing vinden, een enkeling vindt dat liedboek en orgel wel helemaal de deur uit mogen. En daarmee zijn we beland bij het volgende punt: de manier van begeleiding. Sommige liederen uit Op Toonhoogte zijn duidelijk niet bedoeld om met orgelbegeleiding te zingen, terwijl we ook een vleugel in de kerk hebben. Hier moeten we nu beleid op gaan maken: wat vinden we een goede begeleiding? Daar gaan we komende tijd over in gesprek.”
Adriaan Molenaar, predikant in de Hervormde Gemeente Woudrichem
“Thema van de dienst bepaalt de liedkeuze”
“Als pluriforme kerk hebben wij niet één liedrepertoire, we zingen een kleurrijke mix. Daarbij is het niet zo dat ik het iedereen naar de zin wil maken, de liedkeuze wordt ingegeven door het thema van de dienst. Mijn diensten zijn altijd themadiensten, en de thema’s zijn eigentijds, prikkelend, passend bij de kern van het verhaal dat ik wil vertellen. Ik hecht aan een herkenbare liturgie, van het begin tot het eind vertelt de dienst een verhaal. Alle liederen moeten daarin passen. Ik kies dus nooit zomaar een lied. Omdat de gemeente laagdrempelig wil zijn, belevingsgericht, geldt dat ook voor de liederenkeuze: mensen moeten er iets bij voelen. Ik kies liederen uit onder meer het nieuwe Liedboek, uit de Opwekkingsliederen, uit de bundel Zingenderwijs, Taizéliederen, liederen van Huub Oosterhuis. En soms schrijf ik zelf een tekst op een melodie zodat het lied beter bij het thema past. Criterium voor mij is dat ik de woorden die we zingen zelf moet kunnen geloven.
Voor de ‘gewone’ diensten ben ik degene die de liederen uitzoekt. Bij projecten denkt bijvoorbeeld de kinderkerkleiding mee met de liedkeuze. De taakgroep eredienst denkt mee over afwisselende muziek, naast het orgel.
Nu we de diensten streamen is de liedkeuze nog belangrijker geworden. Door de livestreams hebben we geleerd om door de ogen van de kijker naar onze diensten te kijken. De diensten zijn nu visueel veel aantrekkelijker, en ik kies nu ook voor liederen via Youtube, bijvoorbeeld een popsong of ‘Nederland zingt’. Bij onlinediensten is het fijner om mee te zingen met een koor, dat geeft toch meer gemeenschapsgevoel. De gemeente zingt graag, daarom zijn het begin- en het slotlied altijd bekende liederen. Ik krijg vaak complimenten voor de liedkeuze. Als mensen niet fijn mee hebben kunnen zingen, krijg ik dat ook zeker te horen.”
Mirjam Sloots, predikant in de protestantse gemeente De Ontmoeting Koog-Zaandijk
Ook in gesprek over 'de taal van muziek' in jouw gemeente?
Met onderstaande werkvorm focus je als gemeente op de taal van de muziek. Het doel is om je samen te verwonderen over de rijkdom van de taal van muziek, en over de verscheidenheid in de gemeente. Bekijk dit idee in de ideeënbank: