Op zoek naar de oorsprong van antisemitisme kunnen we niet om de geschiedenis van het christendom heen. Dat wil niet zeggen dat antisemitisme een exclusief christelijk verschijnsel is. Ook vóór het ontstaan van het vroege christendom waarden anti-joodse denkbeelden rond in de antieke wereld en zeker ook niet alle christenen deelden in de negatieve visies op joden.
Maar dat er een connectie is tussen antisemitisme en christendom, is duidelijk. Hoe valt het ontstaan van dit religieuze antisemitisme te verklaren?
Fel debat
De oorsprong moet gezocht worden in het moeilijke proces waarbij in de eerste eeuwen na Christus het vroege christendom en het rabbijnse jodendom ontstonden. Tussen beide werd een fel debat gevoerd: wie is nu eigenlijk de echte erfgenaam van het oude, bijbelse Israël? Is dat de kerkVerder lezenJoodse wortels van de kerk, die zich nu het ‘ware Israël’ noemde, of is dat de synagoge, die de etnische continuïteit benadrukte van Abraham tot op de eigen tijd? Binnen dit theologische debat werden enkele overtuigingen geformuleerd die tot veel anti-joodse ideeën en acties zouden leiden.
De belangrijkste daarvan is het idee dat de joden collectief schuldig zouden zijn aan de kruisdood van Jezus. Hierdoor werden joden voortaan niet alleen gezien als een andere, concurrerende religie, maar als de grote tegenstanders. Zij hadden Jezus’ werk als Messias willen verhinderen en daarmee laten zien dat zij niet langer het ‘volk van God’ waren, maar de kinderen van de duivel.
Deze theologische visie kleurde vervolgens hoeveel christenen naar joden gingen kijken: je kon hen nooit vertrouwen, zij waren immers de grote tegenstanders, die niet alleen vroeger, maar ook nu alles zouden doen om de voortgang van het christendom in de wereld te stoppen. De beschuldiging van ‘Godsmoord’ werd hét fundament onder christelijke anti-joodse ideeën en uitingen.
Doordat met de keizers Constantijn en Theodosius het christendom de staatsgodsdienst werd, kregen de theologische overtuigingen een politiek-sociale spits. Met behulp van de politieke macht konden joden nu naar de zijlijn van de samenleving gedreven worden.
Tegengeluiden
Toch waren er in de geschiedenis van het christendom ook voortdurend tegengeluiden te horen. De kerkvader Augustinus zag de joden als bewaarders van de Heilige Schriften en voorzag ook een terugkeer van het joodse volk in de heilsgeschiedenis aan het einde van de tijden. Daarom keerde hij zich tegen vervolgingen van joden. Bernardus van Clairvaux was zo mogelijk nog duidelijker toen joden tijdens de kruistochten werden vervolgd. Ieder die een jood vermoordt, vermoordt Jezus, zo betoogde hij.
In het christendom is er zo sprake van een dubbele erfenis: enerzijds is er een anti-joodse lijn, die vaak de boventoon voerde; anderzijds is er ook een lijn die meer ruimte aan joden toekende en hun bescherming theologisch verdedigde. De Reformatie veranderde hier niets aan. Soms waren beide lijnen zelfs bij één en dezelfde persoon zichtbaar. De jonge Luther zette zich in voor een betere behandeling van joden, de oude Luther verviel in de aloude jodenhaat.
Na de Tweede Wereldoorlog is binnen de Wereldraad van Kerken en tijdens het Tweede Vaticaans Concilie scherp afstand genomenVerder lezenProtestantse Kerk over bestrijding antisemitisme van de lijn die lang dominant was. De beschuldiging van ‘Godsmoord’ wordt expliciet door de kerken verworpen. Daarmee werd het fundament onder christelijk antisemitisme weggehaald en ontstond de ruimte om als kerk én synagoge samen op te trekken in de strijd tegen alle vormen van antisemitisme.
Dit is deel 2 in een vierdelige serie over antisemitisme. Lees ook deel 3:
Illustratie: Karel Kindermans